Belemmeringen om meer te werken
Veel mensen die parttime werken, doen dit omdat zij zorgtaken hebben voor kleine kinderen, mantelzorgtaken hebben of de baan zwaar vinden. Maar ook omdat er geen banen met meer uren beschikbaar zijn vanwege roosterproblemen, of omdat het werk zo georganiseerd is dat het bijna niet kan. Denk bij die laatste categorie aan bijvoorbeeld de kinderopvang, de schoonmaak of het leerlingenvervoer, waar je alleen in de ochtend en aan het einde van de dag beschikbaar moet zijn, maar tussendoor niet. ‘Gebroken diensten’ heet dat dan. En je zult er maar een boterham mee moeten verdienen, denk ik dan. Dat vraagt dus om het anders organiseren van werk, bijvoorbeeld door samenwerking van de kinderopvang met het basisonderwijs. Daarmee is de pedagogisch medewerker ook onderwijsassistent, en andersom, en ontstaan er grotere banen. Dat geldt ook voor de schoonmaak: waarom kan dat alleen vroeg in de ochtend en laat op de dag?
Meer geld niet altijd de oplossing
Voor parttimers met kinderen is het kabinet druk bezig om de kinderopvang goedkoper te maken en daarmee zou het dus makkelijker moeten zijn om meer te gaan werken. Meer dan een goed plan, maar deze oplossing en het bieden van meer geld gaat het probleem niet oplossen, ben ik bang. We weten uit onderzoek dat veel parttimers niet alleen te verleiden zijn met meer geld. Daarnaast kan het zijn dat je minder overhoudt als je meer gaat werken en verdienen, omdat je toeslagen dan ineens verdwijnen. Ook dat is nu sterk in het nieuws en vraagt lef van de overheid om naar het belastingstelsel te kijken.
Alles aangrijpen om arbeidsmarkttekort op te lossen
Is het dan een slecht plan om een bonus te geven als parttimers meer gaan werken? Dat vind ik niet, aangezien het arbeidsmarkttekort zó groot is. We moeten alles omarmen. We moeten alleen wel eerlijk zijn tegenover onszelf en inzetten op meer initiatieven en vooral zorgen dat het gesprek tussen leidinggevende en medewerker wordt gevoerd. Het blijkt volgens het SCP namelijk dat werkgevers vaak niet eens vragen aan medewerkers of zij meer willen werken. Of vragen wat er nodig is om meer te gaan werken. Als we dit nu allemaal meer stimuleren, gaan we volgens mij een grote slag slaan. Kunnen we over een paar jaar zien of we naast wereldkampioen deeltijdwerken ook wereldkampioen arbeidsmarktinnovatie zijn geworden.