In aanvulling op de € 0,5 miljard die tot nu toe beschikbaar was gesteld voor de culturele en creatieve sector, komt er een aanvullend steunpakket. € 264 miljoen extra is beschikbaar voor de verlenging van het aanvullende cultuurpakket in de eerste helft van 2021. Voor de lokale culturele infrastructuur komt er € 150 miljoen beschikbaar en voor de schade van gemeenten en provincies is € 68 miljoen gereserveerd. € 15 miljoen is bestemd voor de bruine vloot, traditionele zeilschepen en motorschepen die het varend erfgoed van Nederland vormen. Tot slot kan de culturele sector aanspraak maken op generieke maatregelen uit het steun- en herstelpakket.
Anders organiseren en innoveren
Het kabinet wijst als motivatie voor de steun op het belang van cultuur en cultureel erfgoed. Volgens de Raad van Cultuur heeft de cultuursector een aantoonbare aanjaagfunctie in tijden van economisch herstel. Verder gaat het om veel banen die behouden moeten worden, de werkgelegenheid in de sector is 4,5% van de totale werkgelegenheid. De overheidssteun biedt voor veel werkenden in de sector voorlopig enige zekerheid van werk of inkomen. In de Rijksbegroting staat wel dat het belangrijk is dat de sector zich deels opnieuw uitvindt. Bijvoorbeeld door het werk anders te organiseren en te innoveren met nieuwe vormen om het publiek te bereiken.
Eerlijke beloning
In de begroting staat ook dat de sector werkt aan een stabiele toekomst, onder meer in navolging van de discussie met en binnen de sector voor eerlijke beloning. Het CAOP heeft hierover advies uitgebracht aan het Fonds Podiumkunsten en begeleidt nu de discussie in de sector. Een van de plannen is dat eerlijke beloning een voorwaarde wordt voor subsidies.