Dit is het vijfde artikel uit een reeks waar culturele instellingen of beleidsmedewerkers uit de culturele sector vertellen over het operationaliseren van culturele codes en goed werk- en opdrachtgeverschap. Lees ook de eerdere publicaties uit deze reeks:
- Goed werk- en opdrachtgeverschap in culturele sector betekent operationaliseren culturele codes. Maar hoe doe je dat?
- Rewire: een voorbeeld van goed werkgeverschap in de culturele sector.
- Bestuurder en strateeg Jellie Tiemersma over de samenwerking tussen de lokale overheid en culturele instellingen.
- Kunstloc Brabant bouwt aan een stevige kunst- en cultuursector die op waarde wordt geschat
Hiddink bekleedt een breed palet aan culturele functies: naast zijn functies als subsidiecoördinator en projectleider begeleidde hij ook de Willem Pijper manifestatie in Rotterdam. Willem Pijper was componist en schrijver, en geldt als een van de grondleggers van het modernisme in Rotterdam. Als omgevingsmanager was Hiddink tevens de schakel tussen de vereniging van het Schouwburgplein en de gemeente Rotterdam. Het project gold als een van de grootste stadsherinrichtingsprojecten, maar is nu gestopt. Hiddink blijft aan als verenigingsmanager.
Goed werkgeverschap nog in de kinderschoenen
Hiddink komt oorspronkelijk uit de popsector, een sector die hij koestert, omdat vanuit de oorspronkelijke rebellie en tegencultuur een sterke sector is gegroeid die mensen de kans biedt om zichzelf te zijn, en een volwaardig leven te leiden op een alternatieve manier. ‘Vooral de poppodia hebben mijn bewondering: die hebben zich vanuit een tegencultuur weten te plaatsen binnen de gevestigde orde, en zijn van zo’n culturele waarde dat niemand er omheen kan,’ zegt hij. Qua ontwikkelingen op het gebied van duurzame inzetbaarheid en goed werkgeverschap is er wel werk aan de winkel: ‘Ik heb gewerkt bij Paradiso, bij Worm, en ik zie dat vergeleken met andere, langer gevestigde branches in de kunsten dit vraagstuk in de popsector nog in de kinderschoenen staat. Dat is iets wat nu pas zijn goede begin krijgt. Er gebeurt al heel veel op dit vlak, en er zijn vele inspanningen gedaan om het beter te maken, maar toch loopt de popsector nog wel achter. Dat is ook geen wonder: deze branche is de jongste, en ze hebben zich vanuit de markt altijd goed kunnen redden. Het was tot voor kort een cultuur die steunde op het enthousiasme van jonge mensen die heel veel willen doen uit liefde, voor weinig geld.’