Dat staat in de vijfde Staat van de Ambtelijke Dienst 2019 met als titel ‘Technische en sociale innovatie overheid’. Bernard ter Haar, dg Sociale Zekerheid en Integratie (SZW), heeft de ‘STAD 2019’ vandaag ontvangen op het congres over het thema van de leerstoelen bij het CAOP.
Technologie absorberen in alle geledingen
De professionals en politici in het openbaar bestuur zien zich in toenemende mate voor dilemma’s en spanningen gesteld, waarbij complexe afwegingen tussen waarden, belangen en soms uiteenlopende stakeholders – van techbedrijven tot bezorgde burgers – aan de orde van de dag zijn. Volgens hoogleraar Jaap Uijlenbroek (Albeda Leerstoel) komen ‘technologische en sociale innovatie succesvol tot stand wanneer zij in onderlinge samenhang op individueel, organisatie, regionaal/sectoraal en landelijk niveau worden opgepakt. De overheid heeft daarbij de opgave voor het goed absorberen van technologie in haar geledingen. Ook moet zij randvoorwaarden bieden om technologische en sociale innovatie elders mogelijk te maken.’
Privacy, ongelijkheid en informatieveiligheid
Volgens hoogleraar Zeger van der Wal (Ien Dales Leerstoel) hebben ‘sociale en technologische innovatie ook belangrijke implicaties voor de integriteit van bestuur. Nieuwe media leiden tot integriteitskwesties op het snijvlak van het persoonlijke en professionele domein. Big data en kunstmatige intelligentie creëren nieuwe typen dilemma’s voor de privacy, ongelijkheid en informatieveiligheid (technologische innovatie). Toenemende horizontalisering van bestuur en beleid, met cocreatie en coproductie als kernthema’s, leidt tot integriteitskwesties op het snijvlak van publiek, privaat en het maatschappelijk middenveld (sociale innovatie). Meer bewustwording, opleiding en het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden zijn nodig om ambtenaren en politici ‘digitaal geletterder’ te maken’.
Nauwelijks plek in verkiezingsprogramma’s en coalitieakkoorden
‘Agenderen in tijden van revolutie. Hoe de publieke sector technologische ontwikkelingen dreigt te vergeten’, heet de bijdrage van Paul Strijp. Hij werkt bij een provincie, maar publiceert zijn verhaal op persoonlijke titel. Hij ziet als belangrijkste indicator voor het digitale bewustzijn van de publieke sector de aandacht ervoor in verkiezingsprogramma’s en coalitieakkoorden. Op nationaal, provinciaal en gemeentelijk niveau laat die een mager beeld zien. Onze huidige gunstige internationale positie als gedigitaliseerd land vindt hij allerminst verzekerd. Strijp vraagt zich af waarom de vierde industriële revolutie op de agenda ontbreekt, terwijl er tal van publieke waarden in het geding zijn. Zoals privacy, autonomie, veiligheid, controle over technologie, menselijke waardigheid, rechtvaardigheid en machtsverhoudingen. Angst voor baanverlies of als burger van de vrije wil, en de complexe wereld niet meer begrijpen, maken mensen onzeker. Om technologie goed te gebruiken, ziet Strijp bijvoorbeeld voor een lokaal of provinciaal bestuur mogelijkheden om vrijwel alle beleidsterreinen te benaderen met big data, algoritmen en kunstmatige intelligentie: de aanpak van voortijdige schooluitval, het armoedebeleid, de bepaling van milieuzones, het reguleren van bezoekers- en verkeersstromen.
Kritische en analytische beschouwingen
De vijf bijzondere leerstoelen van het CAOP brengen elke twee jaar de STAD uit. De STAD is een onafhankelijk, kritisch en analytisch overzicht van hoe de ambtelijke dienst ‘er kwalitatief en kwantitatief bij staat’. Deel 1 van de STAD ‘Technische en sociale innovatie 2019′ gaat over het historisch perspectief, deel 2 over de rol van de overheid en het derde deel gaat over het implementeren van innovaties. Ook STAD 2019, met 376 pagina’s, is tot stand gekomen met steun van BZK en het ABP. Vele experts hebben eraan bijgedragen en eindigen in het boek steeds met een prikkelende boodschap.
- Lees ook het artikel ‘Maak ambtenaren en politici digitaal geletterder‘ op binnenlandsbestuur.nl.