Lammert Kamphuis helpt ons met zijn boek ‘Filosofie voor een weergaloos leven’ te filosoferen over het mensbeeld achter het werken aan je ontwikkeling. Hij zet twee benaderingen tegenover elkaar: ‘zijn wie je wordt’ en ‘worden wie je bent’. In de geschiedenis hebben filosofen daar al over nagedacht.
Sartre versus Aristoteles
Sartre pleit voor ‘zijn wie je wordt’. Door nieuwe dingen te leren en te doen, geef je je jezelf in volledige vrijheid gestalte. ‘Uit je comfortzone komen’, sluit daarbij aan, evenals ‘het aanspreken van eigen verantwoordelijkheid’ en ‘regisseur zijn van je loopbaan’. Er spreekt zelfredzaamheid uit.
Aristoteles gaat uit van ‘worden wie je bent’. Je bent een persoonlijkheid met eigen aardigheden, voorkeuren en talenten. Door ontwikkeling kun je wat je in je hebt, verder tot uiting laten komen. Er spreekt aanvaarding uit van wie je in wezen bent.
Gaan deze filosofen met elkaar in debat, dan zal Sartre Aristoteles confronteren met het feit dat zijn mensbeeld de indruk geeft dat de mens is voorgeprogrammeerd. Het lokt slachtoffergedrag uit: ‘Zo ben ik nu eenmaal’. Aristoteles op zijn beurt wijst Sartre op de overspannen verwachtingen van anderen én jezelf en de onrust en teleurstelling, soms burn-outs, die daaruit voortkomen. De vrijheid van Sartre is betrekkelijk. In een mensenleven is niet alles maakbaar.
Onze visie
In ons werk zijn we op diverse manieren bezig met ontwikkelen. Als onderdeel van onze advisering over employability en als professionals die zich een leven lang ontwikkelen. In de praktijk horen we onszelf soms slogans uit de beide benaderingswijzen uitspreken. Kamphuis zet ons aan het denken over onze achterliggende visie.
Nu we erbij stilstaan, is ‘worden wie je bent’, misschien wel een realistischer vertrekpunt voor ontwikkeling en employability dan ‘zijn wie je wordt’. Ieder mens heeft zijn prachtige kanten, maar ook kwetsbaarheden. En kijk je naar de levensloop, dan kent ieder mens zijn kwetsbare periodes.
De 5 ophalen? Of doen wat je plezier geeft?
Willen we van een 5 ophalen naar een 7, door ons in te zetten voor de verbetering van iets wat ons niet goed ligt? Met stress en teleurstelling als mogelijke gevolgen? Of laten we wat ons niet goed ligt even voor wat het is, en richten we ons op situaties en activiteiten die ons plezier geven? Blijkbaar zit daar iets wat ons wezen raakt. Een kans om dat te ontwikkelen van een 7 naar een 9! Dat zou wel eens meer kunnen opleveren.
Wilco Brinkman en Joke Dekker zijn adviseurs bij het CAOP